De mannen van Team Livestrong, Mario Kramer & Vincent Groen, zijn de winnaars geworden van Amsterdam-Parijs 2011. Nadat zij om 12 uur vertrokken vanaf het Museumplein, kwamen zij om 5:10 aan in Parijs. In de 17 uur die zij op de fiets hebben gezeten, zijn zij welgeteld 1 maal afgestapt om hun arm- en beenstukken aan te trekken. Met deze winst hebben zij een nieuw record gevestigd, welke nog maar moeilijk te verbreken lijkt.
De wedstrijd bleek voor alle deelnemers een geslaagd evenement. Er zijn geen grote ongelukken gebeurd en ook het weer was prachtig voor een fietstochtje. Sowieso was dit een erg snelle editie van Amsterdam-Parijs. De winst stond gunstig, waardoor er door velen hard doorgereden kon worden. Wat zijn nog andere belangrijke punten van de race:
- Twee mensen kwamen alleen onder de Eifeltoren aan. Hun partner moest onderweg opgeven.
– Eén team moest vanuit Antwerpen terug naar Nederland, om een nieuwe fiets op te halen, omdat de oude het begaf. Vanuit Antwerpen vervolgden zij vervolgens weer hun tocht.
– Velen kregen last van de knieën, die toch heel wat te verduren kregen op deze tocht.
Na aankomst volgde een prachtig verblijf op een camping, net buiten Parijs. Een prachtig rustieke kasteeltuin, bood de nodige rust voor de uitgeputte deelnemers. De vrijwilligsters & organisatoren zorgden ervoor dat iedereen bij de Eifeltoren opgevangen werd en verzorgd, de daaropvolgende uren. De meeste teams zijn zondagmiddag teruggegaan naar Nederland, sommigen verbleven nog een dagje extra in Parijs. De vele ervaringen zullen snel op deze site verschijnen!
UITSLAG 2011:
1. Mario Kramer & Vincent Groen
2. Cees-Jan van der Zweep & Rens Salomé
3. Martin Makkenze & Freek Kuiperi
4. Marijn Koopmans & Remco Klerx
5. Joost Spits & Erik Dietrich
6. Oisín Bugter & Hans Peters
7. Johan Hendriks & Pieter Overmars
8. Baucke van der Veer & Lars Haringsma
9. Arnoud Haffmans & Tjerk Bakker
10. Loes Holtmaat & Titia van der Stelt
Buiten mededinging:
- Sjoerd Rammelt eindigde voor Cees-Jan & Rens (2e), maar helaas moest zijn maat Joost de Kruif onderweg opgeven.
- Ook Martine van der Herberg finishde in haar eentje, omdat haar partner Teun Kraaij last kreeg van een blessure. Zij finishde voor Baucke & Lars (9e).
FOTO’S 2011
VERSLAGEN 2011:
De belevenissen van Teun en Martine van A’dam naar Parijs, de toeristische route.
Een paar dagen van te voren hadden we al wat voorbereidingen getroffen, route in de Garmin, fiets poetsen, boodschappen enz. Op 12 uur vertrokken we, iedereen zijn eigen weg. Onze reis starten goed over de Amstel, lekker meewind, zo min mogelijk energie verspillen. Eigenlijk liep het best soepel totdat we de Amstel verlieten, we moesten gaan vragen. Als snel voelde het heel slecht aan om stil te staan. Nu begrijpen we pas de uitspraak “stilstand is achteruitgang”. Allemaal verloren tijd. De volgauto had ook problemen met de rem, dus die hebben we in Nederland ook weinig gezien. In Gouda was het echt drama, Pontje gemist, andere kant langs de lek gegaan. Uiteindelijk over het pontje bij kinderdijk over de lek gegaan. Daarna ging het weer even soepel richting Dordrecht. Maar nadat we de N3 verlaten hadden ging het weer mis. We kwamen tot de conclusie het handig was geweest om een kaart van Nederland mee te nemen… op zich niet echt een slecht idee. Rondom Oudenbosch en Ruchort ofzo, zagen we het niet meer zitten. Wij vonden het mooi geweest en dachten, dit is gewoon niet te doen zo, als dit zo door gaat met de route komen we er nooit. Onze trouwe begeleiders hadden dat wel in de gaten maar deden net alsof ze het niet zagen. We kregen een heerlijke pasta salade, bouillon en er werd ons weer een goede reis gewenst. Toen kregen we eigenlijk wel het tempo te pakken. Teun merkte nog op dat het eigenlijk helemaal niet leuk is om zo serieus te fietsen, met de weg zoeken in Nederland hadden we nog wel lol en dit werd in een keer serieus.
Richting Mons. Dat werd het mikpunt. Het begon al donker te worden, heerlijk lange rechte weg gevolgd die steeds maar weer omhoog en weer omlaag ging. Teun kreeg nog lek op die weg. ’s Nachts rijden was mooi, rustig op de weg, mooi lange wegen. Lampen aan. Na ongeveer 350 km kon Teun niet meer verder. Knie helemaal dik van het vocht, pijn en stijf. Natuurlijk al veel te lang dan kon doorgegaan.
Martine is toen alleen doorgefietst. Heel jammer dat Teun er niet meer was. Het was beetje ons verhaal wat nu niet meer verder ging. Je maakt super grappige dingen mee en nu was het alleen naar Parijs verder. En we waren al zover op weg dat stoppen geen optie was. Het ging allemaal nog wel prima. Toen er nog 150 km voor de boeg en toen begon het wel echt lijden te worden. Maar ja 150 km, dat is niet ver meer… ( normaal fiets je dat alleen als ik een heeel lange duurtraining doe…). De weg bleef ook maar op en af gaan. Het werd steeds drukker op de weg om het al flink dag geworden was. Steeds moedelozer omdat het lang duurde. Toch nog het idee hebben dat het binnen 24 uur kon, maar toen bleek het toch nog verder te zijn dan gedacht. Toen was het doel bijgesteld om “gewoon” aan te komen in Parijs. Dat is gelukt. Wat een ellende. Maar wel echt gaaf om te doen. Onze conclusie is dat we eigenlijk niet echt wisten waar we aan begonnen, en dat was maar goed ook. Alleen een kaart was wel handig geweest. Voor de volgende keer… NOT ;) of toch….
Vrijdagochtend 11 juli; ontbijt.Ik sliep bij Loes in Utrecht en toen de wekker ging, zeiden wij in koor: ‘Oh oh de dag van de waarheid. Waar zijn we aan begonnen?’ Enigszins met moeite alle spullen gepakt, gedoucht, ontbeten, de laatste bakjes koffie gedronken (ook al waren de Pads over datum: ik wist dat ik de komende dag zonder zou zitten) en de reis kon beginnen.
Reis 1:
Met een grote tas van 1mx2m met daarin 2 fietsen, reservemateriaal, tent, matjes, slaapzakken en nog meer pruttel was de uitdaging eigenlijk nog groter om van Utrecht naar Amsterdam-museumplein te komen dan de fietsreis opzich. Bus, trein, tram.. Nu al bekijks! Loes en ik ontwikkelden ware tactieken om de tas zo goed mogelijk te kunnen voortbewegen. Eindelijk aangekomen bij Museumplein vonden wij dan ook dat de fietstocht peanuts moest zijn. Eerst nog even de fiets in elkaar zetten, alles controleren, kennis maken met de andere team, tas afgeven.. Ojee al bijna 12 uur!
Het vertrek:
Daar stonden we dan, aan de start. Team ‘de Bezemwagen’: het enigste vrouwenteam. Inclusief supergadget: de minibezem op het frame. Komen daar in 1x bekende gezichten voorbij: een heel uitzwaaicomité! Afgereisd uit Losser en Enschede om ons succes te wensen. Superlief! Even lachen op de foto en toen ‘Pang’ het startschot! Geen tijd meer om te lachen, nu dan echt fietsen! Door de straten van Amsterdam en Amstelveen, op naar het zuiden. Gelukkig hadden we een Garmin tot onze beschikking: een soort TomTom, maar dan zonder wegen en alleen een roze lijntje. Je ziet of je op het lijntje zit, of dat je pijltje naast het lijntje zit: dan wijk je af van de route.
Dag 1:
Vanaf de start liep het best voorspoedig, de weg volgen ging goed en af en toe lasten we een plas en/of eetpauze in. Vooral bij Dordrecht hebben we nog even lekker van het zonnetje genoten. Het weer was perfect en het ene mini-buitje mag geen naam hebben. Enkele obstakels hebben we die dag wel overwonnen:
Titia: ‘We moeten hier naar rechts.’ Loes: ‘Nee dat kan niet want dit is rivier de Lek en ik zie geen brug.’ Titia: ‘Ja maar de roze lijn zegt naar rechts.’ Loes: ‘Oh wacht, ik zie daar een veerpont!’
Kaartje kopen op de veerpont: ‘Zo dames, waar gaat de reis naartoe?’ ‘Naar Parijs’ ‘Ja, haha. Maar waar gaat de reis naartoe?’ ‘Ja, naar Parijs.’ ‘Oh jullie gaan écht naar Parijs??’
Stukje buiten Dordrecht: ‘Oh nee de roze lijn is de snelweg, we moeten maar naast die lijn blijven.’ ‘Oh nee we wijken teveel af van de roze lijn, dit gaat niet goed.’ ‘We moeten nu echt een keer naar links, want de roze lijn is bijna uit beeld’.
Zo gezegd zo gedaan: stukje veldrijden met de fiets op de nek een viaduct op door de brandnetels. Resultaat: jeuk, maar toch weer bijna op de roze lijn!
Na enige tijd heeft Theo, de vader van Loes, ons bijna aan de grens van België opgewacht met de caravan en een heerlijke pasta maaltijd voor ons gemaakt. Wat een luxe!
Met een verzadigd gevoel en een rond buikje stapten Loes en ik weer tevreden op ons fietsje. Hoera! De Belgische grens al over. Frankrijk ligt bijna om de hoek, zo soepel ging het. Toch verliep het voor mij niet heel soepel meer, ik had een beetje het idee dat ik de versnelling 2 niet zo goed kon vinden. In de loop van de avond merkte ik dan ook dat mijn zadel iets omlaag was geschoven: hmm misschien de ook de reden dat ik het idee had dat ik wat sneller verzuurde? Helaas heb ik bij het aandraaien mijn klem kapotgedraaid.. Pff dan maar met tape vastzetten!
Volgende incident: de eerste lekke band. Door iets grind had Loes een kleine klapband. Gelukkig kwam Theo net voorbij rijden en de binnen en buitenbanden waren snel vervangen.
Vlak voor Brussel begon de avond toch wel redelijk te vallen en besloten wij dat het mooi was geweest voor die dag. 200km zat er al op. Theo had de caravan al ergens geparkeerd en daar hebben wij gauw 5 uurtjes kunnen slapen. Oei bij het omkleden merkten we toch dat onze armen wel een beetje verbrand waren.
Dag 2:
S’ochtends een uitgebreid lunchpakket klaargemaakt en ontbeten: op naar dag 2. Theo keerde om naar Nederland en wij moesten de reis alleen vervolgen. Na een tijd fietsen en de nodige plaspauzes (Ik had er een abonnement op: ik moest echt om de 3 kwartier) kwamen we bij Mons aan.
Ho wacht! Fietsenwinkel. Daar even een nieuwe zadelklem gevraagd en gratis gekregen! Misschien hadden ze respect en/of medelijden met 2 meisjes van Amsterdam op de fiets naar Parijs. Hoe dan ook: ik kon weer heerlijk verder fietsen.
In Mons besloten we eens lekker op het terras te gaan zitten. WiFi erbij, cappuccino, cola, broodje kip kerrie (Curry du poulet inmiddels) en even de Garmin aan de lader. Heerlijk!
Dit bleek ook het laatste ‘gezellige’ stadje te zijn. De uren daarna, over de grens in Frankrijk, waren behoorlijk eentonige wegen. Erg glooiend: heuvel op, heuvel af. Met inmiddels kreeften-armen en wederom de nodige plaspauzes zijn we verder gebikkeld. Het ergste was nog na een plaspauze weer op de fiets te stappen: oei wat een pijnlijk zitvlak.
Tegen de tijd dat ik dacht dat het avondeten al een keer van toepassing was, vroeg ik Loes: hoe laat is het eigenlijk? ‘15:30uur’ . Aaah nee he! Pff dat was de grootste dip. Per direct nog even 2 broodjes erin gegooid en in de berm geploft. We hadden besloten dat we nog 2 uurtjes verder gingen en dan een restaurant op gingen zoeken. Aangekomen bij een stadje: alle restaurants dicht. Uiteraard, die Fransen zijn niet zo van vroeg eten… Dan maar een taartje bij de bakker halen.
De motivatie bij mij werd wel wat minder, vooral omdat ik bij elk heuveltje nogal geparkeerd stond. Maargoed, als je eraan begint moet je het ook afmaken;) En het liefste die dag nog! Wat nou 48uur, als we het eerder kunnen dan zou dat mooi zijn.
Volgende obstakel: Bij in mn arm. ‘Loes, help! Zuig uit!’ ‘Onee dat kan ik zelf’ . Zag die rotbij dan niet dat wij helemaal naar Parijs aan het fietsen waren? Had hij niet in iemand anders arm kunnen vliegen?
Nouja, toch maar verder fietsen. ‘Oh wacht, een pizzaria’ (lees: louche kebabtent) Eens even bijtanken. Hoera nog ‘maar’ 70 km. Na een foute maaltijd hadden we behoorlijk wat motivatie: we waren er bijna!
Dat viel nog vies tegen, Parijs kwam maar niet in zicht en de borden gaven heel wat anders aan. Na een flink eind zagen we eindelijk de Eiffeltoren in beeld: Jeuhj daar moeten we zijn!
Maar een uur later, in het donker, door hartje Parijs, met chaotisch verkeer.. waren we er nog niet! Loes nachtblind, beiden behoorlijk op, geen pretje.
‘Ho wacht, dit zal toch niet: daar is die dan! Voor onze neus!’
Oh wat een mooi moment: om 23:10uur kwamen wij dan eindelijk aangereden.. We hebben het gehaald. En dik binnen de 48uur: 35uur en 10 minuutjes. Wat een helden. (Al zeggen we het zelf)
En ondanks dat we het zo snel hadden gedaan, waren we toch verruit het laatste team. Maar daar hadden we de volgende excuses voor:
- Wij zagen het niet als wedstrijd, maar uitdaging om van te genieten.
- Wij waren het enige dames team.
- Onze plaspauzes duren veel langer: windstopper uit, shirt uit, broekje omlaag, geschikt plekje zoeken etc.
- Bovendien moest Titia om de 3 kwartier plassen.
- Wij hebben geslapen (andere teams niet of nauwelijks).
- We hadden geen volgauto (alle andere teams, op 1 na wel).
- We hebben nog lekker op het terras gezeten.
- Etc etc.
Maakt niet uit, we zijn hoe dan ook bikkels.
Pomptiedomtiedom
En na deze dagen hebben we uiteindelijk nog 2 erg gezellige dagen gehad, samen met de mensen van Skits, erg gelachen.
Veel liefs,
Titia en Loes
Welke malloot heeft ooit bedacht om deze wedstrijd te organiseren?
Na 25 uur, 19 minuten & 28 seconden stonden Oisin en ik dan eindelijk onder de Eifeltoren, nadat we vanaf het Museumplein gestart waren. Maar wat een hel zeg
Het begon ermee dat ik de avond voor het vertrek erachter kwam dat de crank uit me racefiets kwam zetten, waardoor die niet echt geschikt meer was om even 500 km mee te fietsen. De ochtend van vertrek nog langs 2 fietsenzaken gegaan, om te vragen of ze me konden helpen, maar tevergeefs. Deze hectiek zorgde er ook voor dat ik er in Parijs achter kwam dat ik me tent & slaapzak vergeten was, waardoor ik, met me gebroken lijf, op een bedje van stro belandde, onder een fleece-dekentje. Maar voor het zover was, moest er eerst nog een oplossing worden gevonden, voor het probleem met mijn fiets. Me ma bood uitkomst, door haar net aangekochte Santos Touring-fiets ter beschikking te stellen. Iets héél anders als een racefiets, en je had Oisins gezicht moeten zien toen ‘ie hoorde dat we hiermee naar Parijs gingen Nee, leuk vond ‘ie het niet. Ik ook niet, maar niet gaan was geen optie, dus dan maar op deze fiets. We gingen voortvarend van start. De eerste paar uur, boven de 30 gemiddeld. We voelden ons lekker, dus ik voorzag nog geen problemen. Het eerste probleempje ontstond echter al na 50 kilometer, toen de garmin aangezet moest worden. Oisin had een prachtige route ingetekend, maar blijkbaar was het mij niet gelukt om deze goed op me garmin te krijgen. Gevolg: Geen navigatie, en niet goed genoeg voorbereid om te weten welke plaatsen zullen volgen. (En een zeer boze Oisin, die dit toch niet erg liet blijken, maar wel was ).
Onze 1e stop zou na 100 km zijn, dus vragend aan een paar mensen of ze wisten hoe je tot Parijs kwam, of in ieder geval tot Zevenbergen, moesten we ons een weg zoeken. Toch lukte dit heel aardig, en lagen we na 3,5 uur nog precies op schema. De volgende etappe zou ook 3,5 uur duren, maar duurde 1,5 uur langer omdat we nu toch best wel problemen hadden met de weg te vinden. Niet getreurd, we voelden ons nog steeds lekker. Na heel wat pasta gegeten te hebben gingen we weer op weg, nu met de volgauto in de buurt. Dit was zóó nice! Geen gezeik meer met foute routes etc. Tot 1 uur ‘s nachts bleven we knallen, met nog 1 tussenstop. Toen we daarna weer verder reden, bleek het vaatje echter een beetje op bij mij. Het constant boven de 30 km/h gemiddeld rijden op zo’n touringfiets, ging mij toch een beetje opbreken. Daarbij begon me knie ook zeer te doen. De pijn in me knie zou steeds erger worden en ook de snelheden zag ik significant afnemen. Oisin was een ideale kameraad en bleef me trouw bijstaan. Die gozer heeft de laatste 250 kilometer bijna constant op kop gereden Echt top! Op 120 kilometer voor Parijs zag ik het écht niet meer zitten en deelde ik iedereen mede dat ik ermee wilde kappen. Ik had het helemaal gehad met die k*twedstrijd. Na 2 asperienes en een paar opbeurende woorden, toch maar besloten om weer op de fiets te stappen en verder te gaan. Wat zou ik nu gebaald hebben als ik écht gestopt was! De laatste 120 kilometer kon ik geen woord meer uitbrengen, heb ik zoveel mogelijk geprobeerd met me rechterbeen te trappen, schold ik van binnen iedere berg (en dat waren er toch onverwachts veel) verrot & kon er geen glimlach meer bij me vanaf. Eenmaal in Parijs hebben we ook nog iets van een uur lopen zoeken naar die verrekte Eifeltoren, die we maar niet konden vinden. Terwijl het op GoogleMaps toch zo gemakkelijk leek .
Nouja, uiteindelijk snel naar de camping gereden, nadat de finishfoto’s geschoten waren en het nieuws werd verteld dat Team Livestrong al om kwart over 5 ‘s ochtends gefinisht was! Wat een prestatie van deze mannen! Bij navraag bleek dat zij welgeteld 1 maal zijn gestopt met fietsen, om hun arm- en beenstukken aan te trekken. Echt ziek, maar ook echt een heldenprestatie. Op de camping even lekker geslapen, totdat we aan tafel konden voor het avondeten. Wat een prachtige camping is dat trouwens! Na 500 kilometer fietsen vond ik het toch wel een genot om hier te vertoeven, tussen de appelbomen en uienplanten. Heel mooi! ‘s Avonds bij het kampvuur werden alle avonturen verteld en herbeleefd. Nu zit ik thuis en kijk ik toch wel terug op een prachtig weekend. Zaterdag dacht ik daar toch echt anders over, maar na het afzien kan nu het genieten beginnen.